De mooiste bezienswaardigheden in Lissabon per wijk
Lissabon, de stad van de heuvels, de gele trams en de Cristo Rei. De stad van de Pasteis de nata en talloze kerkjes bekleed met azulejos – de typische Portugese tegeltjes. Maar wat zijn nu de mooiste bezienswaardigheden in Lissabon?
Misschien ben je al wel eens in Lissabon geweest; voor mij en mijn vader was het de eerste keer. De eerste keer Portugal zelfs, ondanks dat ik al vele malen in andere Zuid-Europese landen ben geweest. Een bewogen geschiedenis heeft de stad uiteindelijk tot een van de mooiste in Europa getransformeerd. Wat een stad!
Een korte geschiedenis van Lissabon
Al ruim voor de jaartelling waren er mensen op de plek waar nu de stad ligt. Sterker nog, het is een van de oudste steden van Europa.
Archeologische opgravingen bevestigen dat er zeker vanaf 1200 v.Chr. al mensen waren. Rond 205 v.Chr. werd Lissabon als Olisipo onderdeel van het Romeinse rijk. Toen dat rond 400 uit elkaar viel, is de stad uiteindelijk in 711 ten prooi gevallen aan de Moren. Zij hebben de stad na honderden jaren van verval sterk gerenoveerd. Zo verrees er onder andere een eerdere versie van Castelo de São Jorge en werd de wijk Alfama met zijn smalle straatjes opgetrokken.
In 1147 werd de stad weer heroverd door de christelijke koning Afonso I. In de daaropvolgende 600 jaar werd de stad de hoofdstad van Portugal, de kathedraal Sé de Lisboa gebouwd en de universiteit opgericht. Ook werd de stad onderdeel van de Hanze, wat ze veel rijkdom bracht. Daarbij werd aan het eind van de 15e eeuw zowel India (door Vasco da Gama) en Zuid-Amerika (door Pedro Álvares Cabral) ontdekt, die de stad nog meer rijkdom bracht.
Lissabon als hoofdstad van een wereldrijk
Zo werd Lissabon de hoofdstad van een wereldrijk. Net als Spanje hadden ze koloniën van Brazilië tot India. Niet vreemd dus, dat Lissabon in de 18e eeuw één van de grootste steden ter wereld was. In 1755 kwam daar in één klap een einde aan: de allesvernietigende aardbeving legde meer dan 85% van de stad plat. De beving schijnt zo heftig geweest te zijn dat zelfs in Hamburg de kroonluchters slingerden. Na de aardbeving zelf kwam er nog een tsunami en een vuurstorm overheen. De stad brandde nog voor minstens 5 dagen.
De wederopbouw heeft zijn sporen nagelaten, en de stad getransformeerd. Het effect is met name te zien in de wijk Baixa, met zijn grote brede lanen en gebouwen in Pombaline stijl – genoemd naar de architect Marquês de Pombal.
Geinig weetje: Rio de Janeiro is even de hoofdstad van Portugal geweest, van 1808 tot 1821. Ten tijde van de Napoleontische oorlogen heeft het volledige Portugese Hof in Brazilië gezeten. Toen het Hof in 1821 terugkeerde naar Lissabon, bleef Dom Pedro I achter om over Brazilië als provincie te heersen. Hij verklaarde het land echter onafhankelijk in 1822, waarna hij daar de eerste keizer werd.
De snelle groei van Lissabon
Ten tijde van de dictatuur halverwege de 20e eeuw, groeide de stad hard, tot zo’n 800.000 inwoners. Salazar was de Portugese minister president tussen 1932 en 1968, en effectief de dictator van de toenmalige Nova Estado. Hij had onder andere een pact met Franco om oorlog daar te voorkomen. J.K. Rowling heeft de naam van Salazar Slytherin op deze persoon gebaseerd – ze heeft in de jaren ‘90 zelf enige tijd in Porto gewoond.
Om de wijken Cacilhas en Almada de verbinden met het centrum werd de Puente de 25 Abril-brug gebouwd. Daarnaast werden vele andere wijken opgenomen binnen de stadsgrenzen. De nieuwste toevoeging is Parque das Nações, waar in ‘98 een wereldtentoonstelling gehouden werd.
Lissabon in de 21e eeuw
Tegenwoordig wonen er meer dan een half miljoen mensen in de stad. Nog eens 2,3 miljoen wonen er in de directe omliggende steden en dorpen. Samen is dat meer dan een kwart van het totale aantal mensen in Portugal. Als administratief en cultureel middelpunt van het land heeft de stad veel te bieden. Zo ook voor toeristen zoals ik.
Bezienswaardigheden in Lissabon per wijk
Lissabon is een grote stad met vele interessante trekpleisters – de ene wat bekender dan de andere. Omdat sommige best ver uit elkaar liggen, vind je degene die ik bezocht hieronder gegroepeerd per wijk. Zo kan je zelf besluiten welke wijk(en) je op welke dag wilt bezoeken.
Honger gekregen tijdens je ontdekkingstocht? Bekijk dan vooral ook mijn tips voor de leukste restaurants in Lissabon.
Bezienswaardigheden in Bairro alto & Chiado
Bairro alto is het hippe, commerciële centrum van de stad. Er zijn vele restaurantjes, winkels en cafés. Zoals de naam doet vermoeden (Bairro alto betekent ‘hoog gelegen wijk’), ligt het boven de Baixa. Je kan er komen met de Elevador de Santa Justa, maar de trap is de betere optie – hierover meer bij de wijk Baixa.
Café Brasileira
Een van de oudste cafés hier is Café Brasileira. In de vroege jaren 1900 hielden de Lisboetas niet zo van koffie. Café Brasileira kwam met het idee om koffie met veel suiker aan te bieden, zodat de bitterheid enigszins verbloemd wordt. Ze noemden het bica – naar overlevering betekent dit ‘Beba isso com açúcar’, of drink dit met suiker. Als je een bica wilt, bestel die hier dan trouwens staand aan de bar, dat scheelt je geld en je hoeft niet te wachten op de matige service.
Livraria Bertrand
Schuin tegenover Café Brasileira vind je de oudste boekwinkel ter wereld, Livraria Bertrand. Inmiddels bestaat het uit meerdere vestigingen in Portugal, maar tot begin jaren ‘60 was het de enige. De boekwinkel was geopend in 1732, en dus nog steeds te bezoeken. Ben je op zoek naar een origineel, goedkoop souvenir? Koop een boekenlegger, en laat hem bestempelen met het logo van de winkel, waarop staat dat het de oudste van de wereld is. Op de entree (zie foto beneden) en het café achterin na is de winkel is verder niet zo heel interessant.
Covento do Carmen
Als je vanaf hier naar het noorden loopt, kom je langs het Convento do Carmen, een klooster en kerk uit het einde van de 14e eeuw. Tegenwoordig is het een stille getuige van de grote aardbeving van 1755: alleen de façade is gerestaureerd, het dak is er nooit meer op gelegd. Het is ook een klein archeologisch museum, maar daar zijn we niet in geweest.
Rossio
Nog iets verder vind je het plein en station Rossio. Net als op vele andere plekken in de stad, vind je ook op dit plein mooie bestrating. Naast het uiterlijk had het ook nog écht een functie: omdat vroeger veel kruiden verhandeld werden en deze erg duur waren, moesten de straten zo schoon mogelijk blijven. Deze gladde stenen zorgden ervoor dat dat mogelijk was.
Op het plein vind je onder andere een beeld van Dom Pedro IV. Het verhaal wil dat het standbeeld is ‘geleend’ uit Mexico. Portugal had het geld niet om een nieuw standbeeld te laten maken, en vond dit beeld voldoende lijken op de toenmalige koning. Om eventuele verschillen de verhullen, werd het standbeeld op een hoge kolom geplaatst, zodat je die niet kan zien. Later onderzoek heeft dit verhaal helaas tot mythe gedegradeerd, maar het blijft leuk.
Vanaf het station in de hoek van het plein kan je de trein pakken naar Sintra. Deze regio is een van de mooiste en duurste van Portugal en bezaaid met mooie paleizen zoals Palácio Nacional da Pena.
Bezienswaardigheden in Baixa
Vervolgens is de stad opnieuw opgebouwd na daadkrachtig optreden van de toenmalige premier, Marquês de Pombal. Hij koos voor grootse straten en gebouwen – ze kunnen je doen denken aan het Parijs van Haussmann. Je vindt er ook de Elevador de Santa Justa – een lift die je naar boven brengt om te genieten van het uitzicht boven. Dit is één van de bekendste bezienswaardigheden in Lissabon.
Top-tip: betaal geen €5 om een uur in de rij te staan, maar loop gewoon naar boven. Het mag dan 45 meter omhoog zijn; lopend ben je sneller, en het uitzichtpunt is toch gratis. En dan kan je boven bij café Brasileira gelijk nog een kopje bica drinken. Wil je niet lopen, neem dan de roltrappen van het nabijgelegen metrostation Baixa-Chiado. Die zijn eveneens gratis, en brengen je ook boven.
Praça do Comércio
Een andere bezienswaardigheid hier is het – eveneens grote – plein Praça do Comércio. Het plein, omgeven door galerijen en de Arco da Rua Augusta kijkt uit over de Taag. Het plein heeft zijn eigen, kleurrijke charme, en doet nauwelijks onder voor bijvoorbeeld het Plaza Mayor in Salamanca, het Place Stanislas in Nancy of de Rynek Główny in Krakau.
Igreja do São Domingos
Igreja do São Domingos is een oud kerkje dat er in eerste instantie niet zo interessant uitziet. Als je naar binnen gaat, zie je echter dat de plafonds rood geverfd en de pilaren zwart geblakerd zijn. De kerk is compleet uitgebrand in 1959. Omdat Portugal toen erg arm was, was er geen geld om het grondig te herstellen. Toen er uiteindelijk geld beschikbaar kwam, is besloten dit zo te laten. Zo is de kerk een herinnering aan wat er destijds is gebeurd.
Bezienswaardigheden in Alfama
Heel mooi is ook het contrast tussen de brede avenues van de Baixa met de smalle, Moorse straatjes van Alfama. Saillant detail: de straatjes van Alfama zo smal en hoog om dezelfde reden als in Sevilla: om warmte buiten te houden. Enige verschil: Sevilla is erg heet en droog, waar Lissabon dat eigenlijk niet is. De smalle straatjes houden de warmte wel buiten, waardoor ze eigenlijk erg kil en donker zijn.
Castelo de São Jorge
Het kasteel Castelo de São Jorge prijkt ruim boven de stad uit. Hoewel het zijn oorsprong vindt in de Moorse tijd, is het sterk gerenoveerd in de jaren ‘40 van de 20e eeuw. In de voorgaande eeuwen heeft het naast kasteel dienst gedaan als onder andere paleis, nationaal archief, observatorium en gevangenis. Tegenwoordig is Castelo de São Jorge een toeristische trekpleister die het vooral moet hebben van de mooie uitzichten. Je kunt hier mooi het ‘zoek-je-hotel’ spelen terwijl je wandelt over de muren. Of natuurlijk een aantal torens beklimt of de binnentuin bezoekt.
Sé de Lisboa
Sé de Lisboa is de oudste kerk van de stad, die dus ook de aardbevingen van 1755 grotendeels overleefd heeft. Het interieur is sober, maar erg indrukwekkend.
Meer beneden langs het water vind je de Chafariz d’El-Rei, de oudste en een van de grootste drinkfonteinen van Lissabon. De eerste referentie die we kunnen vinden is uit de 13e eeuw, wanneer Alfonso II koning van Portugal is. De huidige, grootse vorm heeft hij gekregen in de 19e eeuw. Hij staat tegen de vroegere stadsmuren en bood voor iedere sociale groep een eigen tappunt.
Igreja de São Vicente
Wat meer op de rand van Alfama staan het Panteão Nacional en Igreja de São Vicente. Beide bieden een mooi uitzicht vanaf het dak. De Igreja de São Vicente is gebouwd naar El Escorial in Madrid – maar eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de Madrileense uitvoering indrukwekkender is. Het aangrenzende klooster heeft een mooie tentoonstelling van de Fabels van Lafontaine, waar ze stuk voor stuk in typerend Lissabons tegelwerk zijn uitgewerkt.
Op dinsdagen en zaterdagen is er op het pleintje tussen de beide gebouwen een vlooienmarkt, de Mercado de Santa Clara of Feira da Ladra, goed voor een uurtje rondstruinen.
Twee bijzondere musea
Ten noordoosten van deze wijk vind je nog een tweetal bezienswaardigheden: het Museu da Água en het Museu Nacional do Azulejo. Het Museu da Água verhaalt over zowel de geschiedenis van de stad als – natuurlijk – hoe de watervoorziening zich in de wereld en rondom de stad ontwikkeld heeft. Als klap op de vuurpijl, kan je de oude stoompompen bezoeken: enorme apparaten die in 1928 vervangen zijn voor veel kleinere en effectievere elektrische gemalen. Het museum is gesloten tijdens de lunch, ik vermoed tussen 12.00 en 13.30, want nergens staat precies wanneer. Je kunt hier gerust ook een uurtje rondkijken.
Het Museu Nacional do Azulejo richt zich op de typische tegelkunst van Lissabon, met als hoogtepunten het tegelwerk in het voormalig klooster en het enorme tableau met het Lissabon van voor de grote aardbeving. De tegeltableaus missen hier en daar wel wat toelichting, maar het is niettemin mooi. Wij waren er ongeveer 90 minuten binnen, dan heb je alles wel gezien.
Bezienswaardigheden in Parque das Nações
Naast deze oudere delen heb je ook nog het moderne Parque das Nações. Hier vind je architectuur die je misschien doet denken aan de Ciutat de les Arts i les Ciències in Valencia of het Auditorio de Tenerife. Het station Gare do Oriente in Parque das Nações is door dezelfde architect – Santiago Calatrava – ontworpen. Niet zo vreemd dus.
De wijk is gebouwd voor de Expo van 1998 en heeft nog steeds flink wat bezienswaardigheden: het winkelcentrum (met door water gekoeld dak), het eerdergenoemde station, een promenade met kabelbaantje (die overigens kapot was toen ik er was, de brandweer was bezig de mensen eruit te redden), het Oceanário (als een van de weinige attracties open op zondag, en daardoor zó druk dat we de rij van ruim een uur maar hebben gelaten voor wat-ie was) en de Torre Vasco da Gama.
In tegenstelling tot het verlaten terrein van de Expo ’92 in Sevilla is er hier veel beter gezorgd voor de toekomst van de investeringen. Sterker nog: er vindt nog altijd veel nieuwbouw plaats.
Bezienswaardigheden in Belém en Alto da Ajuda
Ten tijde van de aardbeving was Belém nog een los dorpje en onttrok zich zo van de vuurzee en vloedgolf die Lissabon hard trof. Er staan dus ook nog veel echt oude gebouwen. Zo vind je er onder andere het klooster Mosteiro dos Jerónimos, het Palácio Nacional da Ajuda en de boulevard met de Torre de Belém en het monument Padrão dos Descobrimentos. En natuurlijk de winkel met de enige echte Pastéis de Belém. Het winkeltje is ontstaan uit de verkopen van het Mosteiro dos Jerónimos. In vroeger tijden had zo’n beetje ieder klooster zijn eigen taartjes (het dorp Sintra heeft een andere bekende: de Queijadas de Sintra).
Reis naar deze wijk met de trein – de bus en tram kosten je misschien wat minder geld, maar wel veel extra tijd. Vanaf het station Cais do Sodré naar Belém is het zo maar 8 minuten.
Mosteiro dos Jerónimos
Mosteiro dos Jerónimos omvat een klooster en gratis te bezoeken kerk. Let hierbij op in welke rij je gaat staan: degene het verste weg is voor de kaartverkoop, de middelste voor de toegang. Het klooster heeft een mooi binnenplein en bijzonder mooie tombes van o.a. Vasco da Gama – de ontdekker van Indië – en Luís de Camões – Portugal’s grootste dichter.
Palacio da Ajuda
Het Palacio da Ajuda (open op maandag!) ligt wat van de stad op een berg, ongeveer een half uur lopen van treinstation Belém. Voor ongeveer 90 minuten kan je je hier onderdompelen in weelde (ik heb veel kroonluchters gezien, maar die in bijvoorbeeld Compiègne of Chantilly halen het hier niet bij!) Ook een voordeel: je wordt hier niet doodgegooid met kasten en kasten vol met servies. Wat ze ervan hebben tentoongesteld staat op lange tafels in kamers zo groot als mijn hele huis. Zo klaar om gasten te ontvangen!
De boulevard met de Torre de Belém is misschien één van de bekendste bezienswaardigheden van Lissabon, maar weinig spannend. De toren kan je bezoeken, maar wij waren er ‘s avonds na sluitingstijd. Het levert wel mooie plaatjes op.
Padrão dos Descobrimentos
Terugwandelend richting de stad, kom je ook nog langs Padrão dos Descobrimentos, een monument voor de Portugese ontdekkingsreizigers. Ook hier kan je in, hoewel het net als de Torre de Belém ‘s avonds gesloten is. Onderweg terug naar het treinstation, kan je gelijk nog wat taartjes bij Pastéis de Belém halen. Overdag staat hier een lange rij, ‘s avonds niet, en het is open tot 23.00 uur.
Bezienswaardigheden in Cacilhas en Almada
Als je naar de overkant gaat, word je getrakteerd op de mooiste uitzichten over het oude Lissabon. Ga met de boot van Cais do Sodré naar Cacilhas en wandel een stukje door het oude dorpje naar het café Cosasdegostar. De vriendelijke bediening of de niet-zo-speciale koffie zijn niet de reden om hierheen te gaan; dat is het uitzicht.
Vanaf hier kan je rustig uitkijken over de Taag, de Lissabonse versie van de Golden Gate brug en het centrum. Je zit hier met hooguit een handjevol anderen.
Als je van het cafeetje doorloopt richting de brug, kom je langs een typisch Zuid-Europese begraafplaats, de Cemitério de Almada. Grote graftombes worden hier afgewisseld met scheve zuilen en hier en daar opnieuw mooie uitzichten.
Ponte de 25 Abril
Die rode ‘Golden Gate’ heet Ponte de 25 Abril. Om begrijpelijke redenen wordt deze brug vaak vergeleken met zijn bekende broertje, maar in werkelijkheid zijn ze geen directe familie. Hoewel hij is gebouwd door een Amerikaans bedrijf, het was niet hetzelfde bedrijf. Hij is net wat korter dan zijn tegenhanger in San Francisco, en een heel stuk nieuwer. De brug in Californië opende in 1933; deze pas in 1966. De naam van de brug verwijst naar de Anjerrevolutie, die, je verwacht het niet, op 25 april 1974 plaatsvond.
Cristo Rei
Vlak naast de brug ligt het Jezusstandbeeld Cristo Rei. Hij is geïnspireerd op het beeld in Rio de Janeiro, maar hij lijkt ook op het beeld in Cochabamba, Bolivia. Nadat Portugal niet direct aan de Tweede Wereldoorlog heeft hoeven deelnemen, werd hij gebouwd als dankbetuiging. De grond was al in 1941 aangekocht, maar het verzamelen van het benodigde geld kostte veel tijd. In 1952 wordt eindelijk begonnen met de bouw, met de oplevering in 1959.
Als je hier helemaal heen bent gelopen, zijn er eigenlijk 2 reële opties terug, beide vanaf trein/metrostation Pragal. De 1 is met de trein naar Campolide, de ander met metro lijn 3 naar Cacilhas en vanaf daar met de boot. Wij waren doorgelopen richting de veerlijn Porto Brandão, maar tenzij je ver wilt wandelen zonder interessante dingen, zou ik dat niet aanraden.
Vervoer in Lissabon
Zoals je hierboven hebt kunnen lezen: de stad bestaat uit vele wijken. Gelukkig zijn die allemaal goed bereikbaar per bus, tram, metro, trein en boot. Je kunt per keer een kaartje kopen, maar je bent goedkoper uit als je Lissabonse variant van een OV-kaart koopt: een Viva Viagem-kaartje. Zo’n pasje (het is een flexibel kaartje, maar dan wel herlaadbaar) kost €0,50. Je hebt het er met 2 metroritten al uit, een no-brainer dus! Voor de week dat wij er waren, laadden we er €15 euro op, wat net niet voldoende bleek. Let wel: voor die €15 zijn we ook twee keer op en neer naar Sintra geweest.
Naast per rit betalen, kan je ook een dagkaart kopen. Die bleek voor ons met wat slim plannen niet rendabel: je moet er minimaal 5x per dag mee reizen om goedkoper uit te zijn. Als je je bezichtigingen groepeert per wijk, kan je binnen de wijk alles goed lopen.
Trouwens, bij de automaten werkte onze Nederlandse pinpas niet. Gelukkig zijn er ook kiosken waar die wel werkt.
Naast goed openbaar vervoer is ook de taxi erg goedkoop: voor bijvoorbeeld ongeveer een tientje kom je vanaf het vliegveld in het centrum. Hoe duur het binnen de stad is weet ik niet, dat hebben we niet geprobeerd.
Miradouros en andere bezienswaardigheden in Lissabon
De stad heeft naast al deze bezienswaardigheden ook nog vele mooie uitzichtpunten (miradouros!) en restaurants. Net als Sintra: ik ben ze niet vergeten, maar ik moet ze nog uitwerken. Daarover later dus meer!
In de tussentijd hoor ik graag wat jouw favoriete bezienswaardigheden in en om Lissabon zijn. Laat het het me weten in een reactie, misschien ben ik er tóch nog een paar een vergeten…
Wat handige dat je de bezienswaardigheden van Lissabon indeelt per wijk! Er is zo veel te zien en te doen in de stad.
Een van mijn toppers was de street art tour die ik maakte.
Vorig jaar in Lissabon geweest en vond het echt een heerlijke stad. We waren er in februari en het was toen al zo’n lekker weer. Genieten! Handig overzicht trouwens zo per wijk. Zelf was ik erg fan van de boulevard en Sintra 🙂
Lissabon is een geweldige stad. Enkele jaren geleden ben ik hier geweest. Toen stond de Elevador de Santa Justa nog in de stijgers. Wat leuk om nu een foto tegen te komen zonder die stijgers!
Lissabon lijkt me zo’n fijne stad. Ik had er eigenlijk over drie weken heen willen gaan, maar had nog niet geboekt. Toen corona deze kant op kwam, dacht ik dat het verstandig zou zijn om nog even te wachten. Dat bleek een wijs besluit te zijn. Ik heb in oktober nog drie weken vrij dus wie weet kan ik dan die kant op gaan en anders volgend jaar.
Ik ben bang dat het volgend jaar geworden is.. Wat jammer, want het is inderdaad een heel mooie stad!